HET COMMENTAAR VAN QUOVADISART:
Het Broelmuseum gaat dicht!
Het museum zat al langer in de hoek waar de klappen worden uitgedeeld. De prachtige, en enige, keramiekverzameling werd al lang weggehaald en werd vervangen door wisselende tentoonstellingen. En nu hebben ze dus de laatste tentoonstelling ingericht, want einde van het jaar gaat het museum definitief dicht. Een prachtig 18e eeuws gebouw waar de stad nog niet weet wat ze er gaat mee aanvangen.
Over deze tentoonstelling, Capita Selecta, en de organisatie, kunnen we kort zijn: een museum en een stad zoals Kortrijk onwaardig. Wat de “personaliteiten” in de catalogus hebben geschreven, weet ik niet want ik vind 18 EUR te veel voor deze minderwaardige tentoonstelling.
De verschillende zalen zien er leeg uit, om een volkse uitdrukking te gebruiken: je hebt een fiets nodig om van het ene werk naar het ander te gaan. De uitleg is vermeld op kleine bordjes die op een van de muren zijn verzameld; zonder verwijzing naar wat van wie is.
Plots staan er dan twee oude meubels, restanten van de “vergane glorie”. Het ene is gevuld met faience (waarschijnlijk van Boch) het andere met zilverwerk; zonder enige uitleg en ze passen helemaal niet in het geheel van de tentoonstelling.
Dat er bij de getoonde werken toch een paar goede exemplaren zitten, is maar normaal. Maar ze gaan dan ook verloren in deze nietszeggende tentoonstelling.
In de goede dagen van het Broelmuseum was het bezoek gratis. Voor de zwanenzang wordt er 6 EUR gevraagd.
De mededeling van het museum:
Een opmerkelijke tentoonstelling rond het thema ‘portret’ waar hedendaagse kunstwerken van jonge privé verzamelaars in dialoog gaan met een historische portretten uit de museumcollectie.
Het portret is één van de oudste vormen van beeldende kunst en een rode draad doorheen de kunstgeschiedenis. Ook de hedendaagse kunstenaar blijft erdoor gefascineerd. Maar weet het portret de privé-collectioneurs nog te boeien? Kiezen zij nog voor actuele portretten en beelden die dan de opdrachtgever uit of veeleer de kunstenaar?
De curatoren Monia Warnez en Jan Leysen, zijn beiden zeer gepassioneerd door kunst. Ze kozen bij jonge verzamelaars uit de regio Kortrijk en Vlaanderen een aantal topwerken. Hun opmerkelijke selectie bewijst dat het portret vandaag nog niets aan belangstelling heeft ingeboet. Nationaal en internationaal gereputeerde kunstenaars hebben er hun werk mee doorspekt.
Internationale namen
In Capita Selecta staat u oog in oog met werk van Mik Aernout, Michaël Aerts, Stephan Balleux, Charif Benhelima, Birgit Brenner, Thorsten Brinkmann, Peter Buggenhout, Balthazar Burckhardt, Stijn Cole, Vaast Colson, Ronny Delrue, Denicolai en Provoost, Jef Geys, Vincent Geyskens, Anthony Goicolea, Assaf Gruber, Carl Johan Hogberg, Leigh Ledare, Adam Leech, Brendan Lynch, Julian Opie, Matthieu Ronse, Helmut Stallaerts, Narcise Tordoir, Marcel Van der Vlugt, Joris van de Moortel, Koen Vanmechelen, Katrien Vermeire, Sacha Weidner, Anna Wenzel.
Practisch:
Di – Vr: 14u – 18u
Zaterdag, zon- en feestdagen: 11u – 18u
Gesloten op maandag
Broelmuseum- Broelkaai 6
€ 6 individueel toegangsticket
Pas dinformations en Français , ceci est étonnant vu la concurrence avec les musées du Nord de la France qui sont multilingues pour attirer le visiteur des Flandres.
notre commentaire
Le Broelmuseum ferme ses portes!
Il y a belle lurette que l’unique et belle collection de céramiques avait été supprimée et remplacée par des expositions temporaires. Le musée était entré dans sa phase finale, et fin de l’année il va définitivement fermer ses portes. Un beau bâtiment du 18ème siècle dont la ville ne sait que faire.
Nous pouvons être brefs concernant la dernière exposition, Capita Selecta : l’organisation et la présentation sont indignes d’un musée et d’une ville comme Courtrai. Ce que les «personnalités » ont écrit dans le catalogue, je l’ignore car je trouve que cette exposition ne me vaut pas 18 EUR.
Les différentes salles ont l’air vide, et pour employer une expression populaire, il faut un vélo pour aller d’un portrait à un autre. L’explication des œuvres est donnée sur de petits cartons qui sont rassemblés sur un des murs de la salle, sans référence de ce qui est à qui.
On peut même voir deux vitrines anciennes, restes d’une gloire passée. L’une renferme de la faïence (probablement de Boch), l’autre de l’argenterie, le tout sans explications et ces vitrines n’ont absolument rien à faire dans cette exposition.
Bien sûr, il y a parmi les œuvres exposées quelques bons exemplaires, mais ils se perdent dans la tristesse de cette exposition.
Au temps des beaux jours du Broelmuseum la visite était libre, pour le chant du cygne il faut cependant débourser 6 EUR !