Omdat de jongere generaties het verleden onbenullig gemaakt hebben door het te reduceren tot ouderwetse kleding en consumptievormen, hebben ze ook een hekel aan personen die het verleden betrekken bij gesprekken over de huidige situatie.
Om het met de woorden van Jonathan Israel, een Britse historicus te zeggen: “Geschiedenis moet niet over naties, maar over de cultuur, de ideeën, de ontwikkeling van de mensheid gaan. In dat brede perspectief is geschiedenis de belangrijkste van alle geesteswetenschappen”.
TEKST & FOTO’S / John Liem
Omdat de jongere generaties het verleden onbenullig gemaakt hebben door het te reduceren tot ouderwetse kleding en consumptievormen, hebben ze ook een hekel aan personen die het verleden betrekken bij gesprekken over de huidige situatie.
Om het met de woorden van Jonathan Israel, een Britse historicus te zeggen: “Geschiedenis moet niet over naties, maar over de cultuur, de ideeën, de ontwikkeling van de mensheid gaan. In dat brede perspectief is geschiedenis de belangrijkste van alle geesteswetenschappen”.
En, ook in de kunst, is het van belang de geschiedenis te kennen; hedendaagse kunst is niet de meest toegankelijke kunstvorm en om er een duidelijk beeld van te krijgen, is de kennis van de geschiedenis van de kunst zeker een welgekomen hulpmiddel. De “modernisten” wil ik toch even aan twee eeuwenoude clichés herinneren: Nihil novi sub sole, dat wisten de Romeinen al en in de 18de eeuw heeft Antoine Lavoisier dat even geactualiseerd: Rien ne se perd rien ne se crée tout se transforme
Moet je de tentoonstelling van Jan Brusselmans gezien hebben om de expo van Anne-Mie Van Kerchove te begrijpen ? Neen, en om het een beetje simplistisch te verwoorden: als je een 100 meter kampioen wilt worden, moet je eerst toch kunnen lopen en dan veel trainen.
In het prachtige Gemeentemuseum van Den Haag zijn veertig schilderijen te zien, vooral uit de periode 1930 – 1948. Een vrij groot aantal daarvan komt uit de privé collectie van Tony Herbert, die door zijn in Gent wonende zoon Anton zijn uitgekozen.
Jean Brusselmans en zijn oeuvre zijn precies die tussenschakels tussen de klassieke, academische kunst en de hedendaagse variant van de kunst zoals Anne-Mie die beoefent.
Om te beginnen is hij tegendraads en eigenwijs; hij wilde tot geen enkele stroming behoren en zeker niet tot het Vlaamse expressionisme, waar men hem gemakshalve bij wou inlijven.
Zijn composities zijn gestileerd en geometrisch met grote kleurvlakken. De coloriet is hevig en de compositie is van kapitaal belang. En laat ons een kat een kat noemen: Brusselmans is geen kunstenaar; toch niet in de hedendaagse terminologie; hij is wel een meer dan degelijke ambachtsman, met een groot vakmanschap. Geen genialiteit, weinig creativiteit maar koppig zijn eigen spoor volgend. Zijn naïviteit en vereenvoudiging laten geen emoties zien: kleuren, lijnen, vlakken en reliëfloze geometrische patronen zijn zijn kenmerk.
Jean Brusselmans is origineel en interessant omdat hij alles wat hij ziet op zijn eigen manier en zonder rekening te houden met het perspectief, reconstrueert; met een mathematische precisie zet hij zijn pionnen als in een schaakspel. Schilderen is voor hem een passie van kleuren en compositie.
Zijn naakten zijn evengoed geometrisch: kubistische cirkels en ovalen, en hier is duidelijk de invloed van Picasso, Cézanne en Matisse in terug te vinden. Maar de zwemsters zijn wel aan de Belgische kust met de wolken die door Jacques Brel, die andere Franstalige Brusselaar, zo goed zijn beschreven
Na de oorlog breekt een nieuwe tijd aan en Brusselmans, net als veel andere kunstenaars, is zich hier ook van bewust. De Cobragroep is geboren en Brusselmans probeert hierin mee te spelen.
Het werk Les Mouettes uit 1949 is hiervan een voorbeeld; Brusselmans probeert te vernieuwen en wil het statische, het vlakke verlaten om beweging, leven in zijn werk te leggen en, al is het zeker geen mislukking, het is geen ‘echte’ Brusselmans.
Een eigenzinnige kunstenaar, wiens werken ontegensprekelijk een zekere charme uitstralen, maar door zijn eigenzinnig temperament loopt de verkoop van zijn werken langs geen kant. In tegenstelling tot veel van de huidige kunstenaars, zijn de marketingtechnieken hem totaal onbekend.
Een boeiende tentoonstelling, in een prachtig kader, dus Den Haag is een city trip waard.
- Samen met de Brusselmans tentoonstelling, heb ik de laatste dagen van een expo over de Art Deco in Parijs, kunnen meepikken. Ik ben fan van de Art Deco – en de Art Nouveau – dus dat was een leuke bijkomstigheid. Maar daar kon je nog eens zien hoe “verkrampt” en politiek correct we zijn geworden. De revue van Josephine Baker, waarin ze danst met slechts een “bananenrokje” was een onderdeel van de Art Deco tentoonstelling: naakte vrouwen was daarbij normaal; ook de bijhorende affiche is vandaag ondenkbaar: La Revue Nègre !
Wat zegt het museum
Wars van elke stroming die de kunst in de eerste helft van de twintigste eeuw beïnvloedt, bouwt de Belgische kunstenaar Jean Brusselmans (1884 – 1953) aan een eigenzinnig oeuvre. Een hoofdrol hierin is weggelegd voor het glooiende land en dorpse leven van Belgisch Brabant. Voor het eerst sinds lange tijd krijgt deze belangrijke kunstenaar in het Gemeentemuseum een volwaardige tentoonstelling buiten de Belgische landsgrenzen. Getoond worden zo’n veertig schilderijen met een focus op de jaren 1930 en 1940, waaronder een aantal onontdekte parels uit privécollecties.
Terwijl zijn directe tijdgenoten, onder wie Rik Wouters, Constant Permeke en Gustave De Smet, na de Eerste Wereldoorlog naam maken als leiders van een nieuwe avant-garde in de Belgische schilderkunst, blijft Brusselmans onder de radar. Zijn stugheid en zijn fysieke afstand tot de kunstwereld – hij woont bijna een leven lang in het landelijke Dilbeek, een plaats ten westen van Brussel – staan succes in de weg. In de luwte – en in grote armoede – ontwikkelt Brusselmans zijn eigen stijl. Pas in de jaren 1940 krijgt hij voorzichtige erkenning, al blijft zijn werk bij het grote publiek relatief onbekend.
Gemeentemuseum Den Haag
Stadhouderslaan 41,
2517 HV Den Haag
Entreeprijzen
Voltarief | € 15,00 |
CJP / student | € 11,50 |
Jeugd (t/m 18 jaar) | Gratis |
Museumkaart | Gratis |
Comme les jeunes générations semblent rejeter le passé en le réduisant à des vêtements démodés et autres formes de vues et consommations dépassées, elles se rabattent sur le ‘vintage’.
Elles n’aiment pas non plus ceux qui comparent le passé aux situations actuelles. Citons à ce sujet, Jonathan Israël, historien britannique L’histoire n’est pas une question de Nations, mais bien de culture, d’idées et de l’évolution de l’humanité. Dans cette perspective l’histoire est la plus importante de toutes les sciences humaines.
Et l’histoire est tout aussi importante dans l’art; l’art contemporain n’est pas la forme d’art la plus accessible et pour s’en faire une idée claire, la connaissance de l’histoire de l’art, est certainement un outil bienvenu. Pour les « modernistes », je vais une fois encore rappeler des clichés millénaires : Nihil novi sub sole, les Romains le savaient déjà et au 18e siècle, Antoine Lavoisier a réactualisé cette pensée : Rien ne se perd rien ne se crée tout se transforme.
Faut-il avoir vu l’exposition de Jan Brusselmans pour comprendre l’expo de Anne-Mie Van Kerchove ?
Pour faire une comparaison simpliste : pour devenir champion de monde du 100 mètres, il faut d’abord savoir marcher et puis s’entrainer
Dans le superbe Gemeentemuseum de la Haye, une quarantaine de peintures, principalement de la période 1930-1948, sont exposées. Parmi ces œuvres un grand nombre proviennent de la collection de Tony Herbert, géré par son fils Anton, résidant à Gand.
Jean Brusselmans et ses peintures sont l’intermédiaire parfait entre l’art classique, académique et la variante contemporaine comme Anne-Mie la pratique.
Il est, pour commencer, contraire et têtu, il ne veut appartenir à aucune tendance et certainement pas à l’expressionisme flamand, dans lequel on veut le cataloguer ; ses compositions sont stylisées et géométriques avec de grands plans de couleurs. Les couleurs sont violentes et la composition est capitale.
Et n’ayons pas peur des mots, Brusselmans n’est pas un artiste, du moins pas dans la signification actuelle que l’on veut donner à ce mot, c’est un excellent artisan avec un énorme savoir-faire. Pas un génie, possédant une créativité relativement modérée, mais qui suit son bonhomme de chemin avec ténacité.
Sa naïveté et sa simplification ne laissent transparaître aucune émotion : des couleurs, des lignes, des motifs géométriques sans relief, sont son image de marque.
Jean Brusselmans est original et intéressant parce qu’il reconstruit tout ce qu’il voit à sa manière, sans tenir compte de la perspective; avec une précision mathématique, il met ses pions comme dans un jeu d’échecs. Peindre est pour lui une passion de couleurs et de composition. Ses nus aussi sont géométriques : cercles cubistes et ovales où l’on discerne clairement l’influence de Picasso, Cézanne et Matisse. Mais les nageuses sont visiblement à la côte belge, avec les nuages, si bien chantés par Jacques Brel, cet autre Bruxellois francophone.
Après la guerre les temps ont changé et Brusselmans, comme beaucoup d’autres artistes, en est conscient. Le groupe Cobra fait son apparition et Brusselmans essaie de suivre le mouvement.
Les Mouettes (1949) en est un l’exemple; Brusselmans essaye de s’adapter en quittant le statique sans relief dans son travail et, bien que le tableau ne soit certainement pas un échec, ce n’est pas un « vrai » Brusselmans.
Un artiste insoumis, dont les œuvres dégagent indéniablement un certain charme, mais qui, précisément par son tempérament excentrique, ne connaît pas le succès commercial. Contrairement à beaucoup d’artistes d’aujourd’hui, les techniques de marketing lui sont totalement inconnues.
Conclusion, une exposition fascinante, dans un superbe cadre, donc la Haye vaut un city trip
- En même temps que l’exposition de Brusselmans, se terminait une expo sur L’Art Déco à Paris.
Une aubaine, car je suis un grand amateur. Mais cela nous montrait aussi comment nous sommes devenus une société crispée qui ne connait que le politiquement correct. . La revue de Joséphine Baker, dans lequel elle ne danse habillée que d’une jupette faite de bananes ; les femmes dénudées ne provoquaient pas de « #metoo » et l’affiche qui accompagnait le spectacle provoquerait aujourd’hui plus qu’un tohu-bohu : La Revue Nègre !
Que dit le musée (pas de commentaire en FR)
In the face of every movement that swept the art world during the first half of the twentieth century, Belgian artist Jean Brusselmans (1884 – 1953) constructed an obstinately idiosyncratic oeuvre starring the rolling landscape and village life of Belgian Brabant. The Gemeentemuseum is now mounting the first full-scale exhibition of this major artist’s work to be held outside Belgium for many years. Around forty paintings will be on show, mainly dating from the 1930s and ’40s and including a number of previously undiscovered gems from private collections.
While his immediate contemporaries – artists like Rik Wouters, Constant Permeke and Gustave De Smet – made their names as leaders of a new avant-garde in Belgian painting following the First World War, Brusselmans went unnoticed. He spent almost all his life in Dilbeek, a country village to the west of Brussels, and his surly character and geographical remoteness from the art world were barriers to success. On the sidelines – and in great poverty – Brusselmans developed his own style. It was only in the 1940s that his work gained a degree of cautious recognition, although it still remained relatively unknown to the general public.
Gemeentemuseum Den Haag
Stadhouderslaan 41,
2517 HV Den Haag
Entrance fees
|