Als het weer dit zomer ons verrast met een minder zonnige dag, waarom zou je dan niet met het gezin naar de Triënnale in Brugge gaan? Een twaalftal werken, stuk voor stuk boeiend, nodigen je uit om na te denken over de stad, haar geschiedenis, haar uitdagingen (handel, ecologie, geologie, architectuur…). Elk werk onderscheidt zich door zijn poëzie,universaliteit en perfecte integratie in de omgeving.
Er zijn duidelijke toelichtingen bij de werken, maar helaas wordt er in de laatste alinea van deze teksten vaak een inclusieve cq woke opmerking toegevoegd die niet altijd aansluit bij de intentie van de kunstenaar. Dat is jammer, want het kan soms de esthetische ervaring verstoren.
Om je bezoek te vergemakkelijken, is er een app (Visit Bruges) die je begeleidt en extra uitleg biedt. Je vindt ook brochures in de toeristische diensten, zoals die op het station of in het Concertgebouw.
De toegang is gratis! En als bonus ontdek je misschien wel nieuwe buurten van Brugge: zeven kilometer aan rustige straatjes, kleine parkjes en omheinde tuinen, ver weg van de gebruikelijke toeristische routes.
Een ervaring die je niet mag missen!”
De mededelming van Brugge
Spaces of Possibility
Shendy Gardin en Sevie Tsampalla
Na drie edities waarbij Triënnale Brugge focuste op het fictieve idee van de stad als megapolis (2015), de metafoor van de Vloeibare Stad (2018) en Brugge tussen droom en TraumA (2021), willen we het vandaag hebben over de toekomst. Hoe kunnen we in een Unesco-beschermde erfgoedstad, waar behoud centraal staat, nadenken over concepten als duurzaamheid en verandering, en hoe kan hedendaagse kunst en architectuur hier een nieuw kader voor scheppen?
De afgelopen drie jaar heeft veel op scherp gesteld: crisissen op wereldschaal verhogen de woon- en werkdruk, beïnvloeden ons gedrag en stellen onderlinge samenlevingsvormen in vraag. Na een periode van ongebreideld opportunisme, ontginning en bouwlust, is een nieuw tijdperk aangebroken: een van bewustwording, gedeelde verandering en verdichting. We worden uitgedaagd om anders te gaan denken, nieuwe methodes toe te passen en slimmer met materiaal en middelen om te gaan, willen we ons welzijn en dat van de planeet vooropplaatsen.
De rol die de publieke ruimte in dit verhaal opneemt is essentieel: van beweging, ontmoeting en creativiteit, van perspectief, flexibiliteit, toeval en vrijheid. Ook in Brugge. Een stad die doorheen haar geschiedenis is geëvolueerd van een middeleeuwse metropool tot een verstilde setting, van een neogotische droom tot een toeristisch oord dat inmiddels tracht de massa te ontlopen. Een plek die gevormd is door een aaneenrijging van geschiedenissen die ervoor hebben gezorgd dat Brugge, sinds haar ontstaan in de 9e eeuw, zich verder heeft ontwikkeld tot het mazenwerk dat we tot op vandaag kennen: een 13e-eeuwse structuur die sinds 2 december 2000 is uitgeroepen tot Unesco-werelderfgoed en die met 8,6 kilometer omtrek en 430 hectare oppervlak een stad op mensenmaat blijft. Een trekpleister waar moderniteit en industrie binnen haar schil afwezig lijkt, maar is dat zo?
Met Spaces of Possibility gaan we op zoek naar het sluimerend potentieel van de stad. Hoe kunnen we de leefbaarheid van Brugge, die worstelt met een haat-liefdeverhouding voor haar erfgoed, vrijwaren en de stad als ‘stad’ beschermen? Hoe kunnen we on(der)benutte of onopgemerkte locaties terug valabel maken? Of zoals architectuurpraktijk RE-ST (2020) het omschrijft in haar onderzoek naar zwerfruimte “aan de hand van beelden de weg effenen naar een ander gebruik?”.
We nodigen twaalf internationale kunstenaars en architectuurbureaus uit om, al wandelend doorheen haar straten, Brugges morfologie onder de loep te nemen, lacunes in kaart te brengen en – hetzij voor even – er een nieuwe invulling aan toe te kennen. Als ‘practitioners of the possible’ zoeken ze naar schoonheid in wat veelal over het hoofd wordt gezien, benutten ze het potentieel van een plek en brengen ze ruimtelijke suggesties die geworteld zijn in het hier en nu.
Ze spitsen zich toe op de regio Centrum, West-Brugge en Zeebrugge, en verleggen hierbij de aandacht naar stadsdelen die de afgelopen decennia aan het oog zijn onttrokken of recent sterke transformaties hebben ondergaan. Denk maar aan de herstructurering van ‘t Zand (West 8, 2018), de bouw van een nieuw Beurs-, Meeting- en Congrescentrum (Eduardo Souto de Moura en META architectuurbureau, 2021) of de uitbreiding van Zeebrugge-haven, waar het voormalig polderdorp inmiddels is uitgegroeid tot de Port of Antwerp-Bruges, een van Europa’s grootste zeehavens.
Twaalf nieuwe, tijdelijke kunst-en architectuurinstallaties gaan met die plekken aan de slag. Ze tonen nieuwe vormen van gebruik, verbinden stadsdelen en brengen mens en natuur terug samen. Ze verhouden zich kritisch tot het verleden, het rijke patrimonium, het plantsoen en de stedelijke omgeving en creëren nieuwe sociale, maatschappelijke en ecologische verhaallijnen die verdergaan dan de dominante paradigma’s.
Spaces of Possibility bevraagt de aanname dat de dingen zijn zoals ze zijn, maar evenwel anders kunnen. Het vormt een constante brug tussen de lokale context en ruimer, het collectief denken over de stad en haar potentiële toekomst, waarbij transformatie niet het einddoel is, maar een middel dat mentale of ruimtelijke verandering mogelijk maakt via de transformatieve kracht van kunst en architectuur.
Het zet Brugge in als een gedeeld terrein voor verbeelding, verwondering en ontmoeting en nodigt het publiek uit om de stad vanuit nieuwe horizonten te ontdekken. Hiermee zetten we de missie van Triënnale Brugge als platform voor experiment verder en hopen we ook in 2024 te inspireren, een draagvlak te genereren en ideeën te lanceren voor de toekomst. Een oefening in verbeeldingskracht; een blik op wat Brugge, en ruimer de stad, kan zijn, vandaag en in de toekomst: Spaces of Possibility.
“Si le ciel décide de nous faire une petite surprise cet été, pourquoi ne pas profiter d’une journée plus fraîche pour vous rendre en famille à la Triennale de Bruges ? Une douzaine d’œuvres, toutes plus intéressantes les unes que les autres, vous invitent à une réflexion profonde sur la ville, son histoire, ses enjeux (commerce, écologie, géologie, architecture…).Chaque œuvre, sans exception, se distingue par sa poésie, son universalité et sa parfaite intégration au lieu.
Des explications claires accompagnent les œuvres, mais on regrettera systématiquement le dernier paragraphe de ces textes, où le curateur semble obligé d’ajouter un commentaire woke ou inclusif . O tempora..
Pour faciliter votre visite, une application (Visit Bruges) vous guide et vous propose des explications complémentaires (également en français).Vous trouverez également des brochures dans les offices de tourisme, comme ceux situés à la gare ou au Concertgebouw.
L’entrée est gratuite ! Et en prime, vous découvrirez des quartiers de Bruges que vous ne connaissez peut-être pas encore :sept kilomètres de ruelles paisibles, de petits parcs et d’enclos, loin des circuits touristiques habituels.
Une expérience à ne pas manquer!”